Hoe komt het eigenlijk dat we als maatschappij toch vooral naar de extravert blijven kijken als leiderschapsmateriaal? Het antwoord op die vraag ligt deels besloten in onze cultuur. Het zegt veel over hoe onze samenleving naar leiderschap kijkt, maar daarentegen veel minder over hoe goed iemand daadwerkelijk functioneert als leider.
Cultuurverschillen en leiderschap
Kijk bijvoorbeeld eens naar het verschil tussen West-Europa en Azië. Hier in Europa is het vrij gebruikelijk dat je als leider op de voorgrond treedt en duidelijk aanwezig bent. West-Europa is samen met Amerika en Oceanië dan ook het meest extraverte deel van de wereld. Azië is echter, net als grote delen van Afrika, een stuk introverter. Het is daar veel minder gebruikelijk dat een leider alle ruimte inneemt. De Aziatische cultuur gaat veel meer over samenwerken en collectiviteit. Deze staat haaks op de meer individuele samenleving van West-Europa en Amerika.
Experts cultuurverschillen
Jan Vincent Meertens is expert op het vlak van dit soort cultuurverschillen, zoals Geert Hofstede die eerder beschreef, en wijst op ditzelfde verband tussen individualisering en extraversie. “In meer individualistische culturen zijn mensen doorgaans extraverter. Daarnaast maakt het ook uit of je een meer masculiene of feminiene cultuur hebt. In Nederland is die meer feminien, waardoor er anders gekeken wordt naar zaken als bescheidenheid en kwaliteit van leven.”
“We mogen ons in Nederland best wel extravert gedragen, daar oordelen we niet snel over, maar op den duur worden we wel afgerekend op te veel extraversie. ‘Doe maar gewoon’ is dan de meer feminiene kant van onze samenleving. In Amerika is het heel masculien en dus belangrijk om te laten zien dat je succesvol bent. Masculiene waarden zoals succes en macht voeren daar de boventoon.”
Meertens ziet ook verschillen in bedrijfscultuur: “Ik denk dat introvert leiderschap in Nederland over het algemeen best effectief is. Dat hangt wel van de organisatiecultuur af. Sommige van die culturen vragen meer extravert gedrag. De directeur van een voetbalvereniging kan bijvoorbeeld beter niet te introvert zijn, maar een directeur van een ziekenhuis kan beter niet te extravert zijn. Het is in zekere zin cultuurbepaald, maar kan ook samenhangen met de cyclus van het bedrijf. Dat vraagt om andere persoonlijkheden.”
De verschillen in cultuur zag ik ook terug in de antwoorden van introverte leiders op mijn interview vragen. Zoals in die van de Filipijnse Louella Zarcilla bijvoorbeeld, die een startup runt op het gebied van online veiligheid: “Als ik in mijn eentje in de bar ga zitten, vragen mensen of er iets met me aan de hand is, dat ik verdrietig ben. Het is hier niet zo gebruikelijk om dingen alleen te doen. Groepen en ook familie zijn hier heel belangrijk. Maar ik heb af en toe echt tijd voor mezelf nodig. Ik heb me altijd anders gevoeld en geen onderdeel van een groep.”De Amerikaanse Chad Balcom kreeg op basis van zijn persoonlijkheid oorspronkelijk het advies om boswachter te worden. Hoewel hij dol is op de natuur, voelde het als een belediging. “Bovendien waren er sectoren waar ik veel meer kon verdienen en ik wilde daarbij ook dat mijn ouders trots op me zouden zijn. Dus uiteindelijk
ben ik binnen sales gaan werken.”
Extravert versus introvert
Wat al deze leiders gemeen hebben, is dat ze niet voldoen aan de meer extraverte verwachtingen van hun omgeving. Door die omgeving zijn ze vaak gaan geloven dat zij anders zijn dan de rest en dat ze zich moeten aanpassen. Zij zijn meester geworden in het switchen naar meer extravert gedrag, om niet buiten de boot te vallen. Dit soort gedrag is op de lange termijn echter funest, omdat het veel energie vraagt van introverten. Ze spelen immers continu een rol en missen de veiligheid om echt zichzelf te kunnen zijn. En aangezien energie toch al een aandachtspunt is voor de introverte leider, kan dit maken dat ze uiteindelijk ook minder goed uit de verf komen in hun rol als leidinggevende.