De tijd die we online doorbrengen verschuift steeds meer naar mobiel internet, dit blijkt uit het recent trendrapport. Vooral de online tijd op de smartphone is sterk toegenomen ten opzichte van 2014. Twee jaar geleden was dat nog 29 uur per maand. Inmiddels zijn we gemiddeld 40 uur per maand online via onze smartphone. Voornaamste oorzaak van deze stijging is intensiever gebruik van een kleiner aantal apps bij alle leeftijdsgroepen. Dus zowel jongeren als 65-plussers. Dat blijkt uit het onderzoek Trends in internetgebruik 2016 dat SIDN vandaag publiceert tijdens het Jaarcongres ECP.
Het aantal respondenten van het onderzoek met een smartphone is de laatste twee jaar sterk gegroeid. Had in 2014 68% van hen een smartphone met internettoegang, inmiddels is dat 82%. Oudere consumenten nemen de grootste groei voor hun rekening. Zo steeg het aantal 65-plussers met een smartphone van 33% naar 55%. De penetratie van tablets steeg in dezelfde periode nauwelijks.
Online brengen internetgebruikers steeds meer tijd door op mobiele devices en dan vooral via apps. Zij bezoeken wel steeds minder verschillende apps. Facebook en Google domineren nog meer dan voorheen de top-10 van apps. Met de overname van WhatsApp en de opkomst van Messenger heeft Facebook zijn positie op het scherm van de gebruiker verder verstevigd. Google volgt met Maps, YouTube en Gmail. Pas op plek tien zien we de eerste aanbieder van ‘eigen bodem’: Marktplaats (overigens een dochter van het Amerikaanse Ebay).
Bedrijven zijn positiever over hun online vooruitzichten dan in 2014. Ze hebben meer plannen om nieuwe websites te realiseren en voorzien een groei van hun domeinnamenportfolio. Ook verwachten ze dat het belang van alle online middelen, zoals social media, apps en campagnesites in de komende jaren verder toeneemt.
Onder jongeren stijgt de vraag naar domeinnamen voor zakelijk gebruik (inclusief zzp’ers). 50% overweegt om die reden een domeinnaam te registreren. E-mail is bij hen volledig uit de gratie: slechts 6% van de jongeren ziet dit als een reden om een domeinnaam te registreren. Ouderen (ook 65+) overwegen domeinnaamregistratie juist vaker dan in 2014 voor een eigen e-mailadres.
Bij zowel jongeren als ouderen gaat de voorkeur daarbij nog steeds uit naar een .nl-domeinnaam. Ook bedrijven kiezen bij voorkeur voor een .nl-domeinnaam. Van alle extensies scoort .nl ook nog steeds het hoogst op het onderdeel betrouwbaarheid: 82%, tegenover 76% in 2014. De extensie .com is een goede tweede: 74%, tegenover 71% in 2014.
Afgelopen maanden heeft SIDN met onderzoeksbureau GfK voor de vierde keer de trends in internetgebruik onderzocht. Voor dit onderzoek zijn ruim 4.000 consumenten en 800 bedrijven ondervraagd. Ook zijn 68 miljoen gebruiksrecords van internetgebruikers in het GfK Crossmedia Link / DAM panel geanalyseerd. Daarmee is het een van de breedste onderzoeken op dit gebied in Nederland.
Dit artikel is eerder verschenen op atmost.nl
Patrick Petersen is ervaren b2b en b2c onlinemarketeer, veelgevraagd spreker-docent (postHBO en postDOC), bestseller auteur met onder andere het Handboek Online Marketing en Handboek Mobile Marketing (genomineerd managementboek van het jaar) en oprichter van AtMost, SocialMedia.nl, Educator en AtMost.TV. Online marketing, mobile, contentmarketing en social media is zijn passie met daarbij het realisme: noem jezelf na wat bloggen en twitteren geen Social Media expert. www.atmost.nl www.onlinemarketeer.tv
patrick@atmost.nl